De belangrijkste oorzaken van sterfte bij nestjongen
Bij de geboorte zijn hoenderachtige bedekt met dons, kunnen ze lopen en voederen ze zichzelf. Onze zangvogeltjes en papegaaiachtige worden meestal naakt en met gesloten ogen geboren, hierdoor hangen ze dus volledig af van de oudervogel wat betreft hun voeding en warmte. Jongen die voldoende aandacht krijgen van de ouders hebben een goed gevulde krop en een geel-roze lichaamskleur. De afweer van pasgeboren vogels werkt nog niet zoals het hoort en dit maakt ze dan ook gevoeliger voor bepaalde ziekten. Met deze tekst is het zeker niet de bedoeling alle mogelijke ziekten die sterfte kunnen geven bij nestjongen te bespreken doch de belangrijkste ziekten even aan te halen.
Bacteriën
Beide besproken bacteria behorende tot dezelfde familie: de enterobacteriacea.
Bij gezonde passeriformes komen deze bacteria normaler wijze niet voor in de darmen.
1. E.coli of zweetziekte
De zweetziekte wordt veroorzaakt door een enterobacteriacea die hoge sterfte geeft bij nestjongen vanaf 1 tot 3 dagen oud. Doordat deze bacterie zorgt voor een beschadiging van de darmwand krijgen de jongen diarree. Vele eiwitten en elektrolyten gaan verloren met als gevolg dat de jongen slecht opgroeien, uitdrogen en sterven. Nesten krijgen een typische gele kleur. Poppen hebben een natte onderbuik en aan elkaar klevende veren.
2. Campylobacter: (Campylobacter fetus subspecies jejuni)
Ook een enterobacteriacea die net zoals E.coli zorgt voor een erge diarree t.g.v. een ontsteking aan maag en darm. Deze bacterie komt regelmatig voor bij tropische vinkachtige (vooral estrildidae). Japanse meeuwtjes zijn vaak dragers van deze bacterie zonder dat ze er ziek worden. Via pleegouderschap wordt de bacterie overgedragen op de jongen. Ook andere volwassen vogels kunnen ziektesymptomen vertonen zoals volumineuze, geelachtige mest; weinig eetlust en gedaalde activiteit.
Virussen
1. Het circovirus of zwarte stip ziekte (meer info over de zwarte stip klik hier)
Het circovirus is vooral gekend bij de papegaaihouders als PBFD (parrot beak and feather disease of snavel en veerrot ziekte). Voorlopig worden er enkel symptomen waargenomen bij de nestjongen, waar er een hoge sterfte optreedt. Typisch aan deze ziekte is de zwarte stip rechts thv de onderbuik. Deze stip is de galblaas die opzwelt.
Parasieten
1. Dermanyssus en Ornithonyssus of rode bloedluis
De rode bloedluis is eigenlijk een mijt die zich voedt door bloed te zuigen, en daardoor zorgt voor onrust bij volwassen vogels en sterfte bij nestjongen. De nestjongen krijgen een bleke kleur (goed zichtbaar in de mondholte) en de algemene conditie gaat de zeer snel achteruit. Bij erge infecties kunnen volwassen vogels die s’avonds gezond zitten, de volgende morgen dood op het nest zitten of perfect gezonde jongen dood worden aangetroffen. Deze mijten worden vooral gezien in de zomer.
Protozoa
1. Cochlosoma
Cohlosoma is een flagellaat die voorkomt bij Japanse meeuwen en hier enkel een lichte diarree veroorzaakt. Via pleegouderschap wordt de flagellaat overgedragen en zorgt hij voor hoge sterfte bij jongen van Australische vinken. De symptomen treden op vanaf een leeftijd van 10 dagen tot 6 weken. Andere symptomen kunnen zijn: slechte rui, wegkwijnen, diarree, volledige zaden in de mest, uitdrogen van de jongen en ook sterfte.
Preventie
Hygiëne is een van de belangrijkste punten om sterfte bij nestjongen te voorkomen.
Daarom is het aan te raden om:
Bij de geboorte zijn hoenderachtige bedekt met dons, kunnen ze lopen en voederen ze zichzelf. Onze zangvogeltjes en papegaaiachtige worden meestal naakt en met gesloten ogen geboren, hierdoor hangen ze dus volledig af van de oudervogel wat betreft hun voeding en warmte. Jongen die voldoende aandacht krijgen van de ouders hebben een goed gevulde krop en een geel-roze lichaamskleur. De afweer van pasgeboren vogels werkt nog niet zoals het hoort en dit maakt ze dan ook gevoeliger voor bepaalde ziekten. Met deze tekst is het zeker niet de bedoeling alle mogelijke ziekten die sterfte kunnen geven bij nestjongen te bespreken doch de belangrijkste ziekten even aan te halen.
Bacteriën
Beide besproken bacteria behorende tot dezelfde familie: de enterobacteriacea.
Bij gezonde passeriformes komen deze bacteria normaler wijze niet voor in de darmen.
1. E.coli of zweetziekte
De zweetziekte wordt veroorzaakt door een enterobacteriacea die hoge sterfte geeft bij nestjongen vanaf 1 tot 3 dagen oud. Doordat deze bacterie zorgt voor een beschadiging van de darmwand krijgen de jongen diarree. Vele eiwitten en elektrolyten gaan verloren met als gevolg dat de jongen slecht opgroeien, uitdrogen en sterven. Nesten krijgen een typische gele kleur. Poppen hebben een natte onderbuik en aan elkaar klevende veren.
- Behandeling: - Bij zweetziekte is van belang een antibiogram aan te leggen, zodat kan achterhaald worden welk antibioticum het snelst werkt en het meest effectief is. In afwachting van het resultaat kan reeds soludox® bijgevoegd worden. Het toevoegen van suikers, honing of andere zoetstoffen is ten zeerste af te raden daar zij ook door de bacteriën als voedsel worden gebruikt, waardoor deze dan nog sneller zullen kunnen groeien.
2. Campylobacter: (Campylobacter fetus subspecies jejuni)
Ook een enterobacteriacea die net zoals E.coli zorgt voor een erge diarree t.g.v. een ontsteking aan maag en darm. Deze bacterie komt regelmatig voor bij tropische vinkachtige (vooral estrildidae). Japanse meeuwtjes zijn vaak dragers van deze bacterie zonder dat ze er ziek worden. Via pleegouderschap wordt de bacterie overgedragen op de jongen. Ook andere volwassen vogels kunnen ziektesymptomen vertonen zoals volumineuze, geelachtige mest; weinig eetlust en gedaalde activiteit.
- Behandeling: Bij Campylobacteriose is van belang een antibiogram aan te leggen, zodat kan achterhaald worden welk antibioticum het snelst werkt en het meest effectief is. In afwachting van het resultaat kan reeds soludox® bijgevoegd worden. Het toevoegen van suikers, honing of andere zoetstoffen is ten zeerste af te raden daar zij ook door de bacteriën als voedsel worden gebruikt, waardoor deze dan nog sneller zullen kunnen groeien.
Virussen
1. Het circovirus of zwarte stip ziekte (meer info over de zwarte stip klik hier)
Het circovirus is vooral gekend bij de papegaaihouders als PBFD (parrot beak and feather disease of snavel en veerrot ziekte). Voorlopig worden er enkel symptomen waargenomen bij de nestjongen, waar er een hoge sterfte optreedt. Typisch aan deze ziekte is de zwarte stip rechts thv de onderbuik. Deze stip is de galblaas die opzwelt.
- Behandeling: Zwarte stip wordt veroorzaakt door een virus en een afdoende behandeling is niet voor handen.
Parasieten
1. Dermanyssus en Ornithonyssus of rode bloedluis
De rode bloedluis is eigenlijk een mijt die zich voedt door bloed te zuigen, en daardoor zorgt voor onrust bij volwassen vogels en sterfte bij nestjongen. De nestjongen krijgen een bleke kleur (goed zichtbaar in de mondholte) en de algemene conditie gaat de zeer snel achteruit. Bij erge infecties kunnen volwassen vogels die s’avonds gezond zitten, de volgende morgen dood op het nest zitten of perfect gezonde jongen dood worden aangetroffen. Deze mijten worden vooral gezien in de zomer.
- Behandeling: De bloedluis wordt het best behandeld met ivermectinedruppels of met ectospray® die ook mag aangebracht worden op de vogel (volwassen vogels! )
Protozoa
1. Cochlosoma
Cohlosoma is een flagellaat die voorkomt bij Japanse meeuwen en hier enkel een lichte diarree veroorzaakt. Via pleegouderschap wordt de flagellaat overgedragen en zorgt hij voor hoge sterfte bij jongen van Australische vinken. De symptomen treden op vanaf een leeftijd van 10 dagen tot 6 weken. Andere symptomen kunnen zijn: slechte rui, wegkwijnen, diarree, volledige zaden in de mest, uitdrogen van de jongen en ook sterfte.
- Behandeling: Cochlosoma is een flagelaat en wordt behandeld met oa. Tricho-plus® of andere preparaten met metronidazole of rondidazole.
Preventie
Hygiëne is een van de belangrijkste punten om sterfte bij nestjongen te voorkomen.
Daarom is het aan te raden om:
- voor de start van de kweek de nestbakjes en kweekkooien eens grondig te reinigen en te ontsmetten. Dit zal de kans op overleven van verschillende virussen, bacteriën, coccidiosen en parasieten sterk doen dalen. Enkele producten zijn javel, dettol en andere ontsmettingspreparaten.
- de oudervogels te behandelen tegen bloedluizen en andere parasieten indien aanwezig. Bv met een ectospray®, ivermectinedruppels in de nek … - zorgen dat tijdens de kweek er een temperatuur is van minstens 15°C en een relatieve vochtigheid van 75- 80%
- te zorgen voor een goede eiwitbron en vitaminen voor de jongen en oudervogels. Bv breedmax® 3 soeplepels per 0.5 kg opfokvoer en 1 koffielepel “Vitaminen+Sporen en Elektrolyten”per 0.5Kg opfokvoeder.
- de jongen te supplemnteren met het “supplement darmziekten” op punt gezet door dr. A.Van Den Haute. Dit product bevat geen antibiotica, toch is het een zeer goede darmconditioner voor zowel de jongen als de oudervogels. De kans op “zweetziekte” en campylobacteriose zal gevoelig dalen, als ook het voorkomen van “zwarte stip”. De dosering is 1 koffielepel op 1L water of op 0.5 kg opfokvoeder, gedurende 8 dagen. Eveneens kan in het drinkwater 1 soeplepel appelazijn worden aangebracht.
Deze publicatie opslaan en/of afdrukken
|
|